Weg - Romeinen - Nederland0000.0011

 

Literatuur

 

 1987

- Meer, Tom van der & Steven van Schuppen, Op weg. 4000 jaar Nederlandse wegen. 's-Gravenhage (Nederlandse Vereniging van Wegenbouwers), 1987voorwoord. [112 blz. ISBN -]. Hierin: o.a. blz. 90-92

 1992

- Stoepker, H. (red.), "Archeologische Kroniek van Limburg over 1991". In: Publication de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg [ISSN 0167.6652], 1992 (nr 128), blz. 246-318. Hierin "Haelen: Romeins (?) wegtracé": blz. 255-256

 1995

- Donkersloot-de Vrij, Marijke, Topografische kaarten van Nederland uit de 16de tot en met de 19de eeuw. Een typologische toelichting ten behoeve van het gebruik van oude kaarten bij landschapsonderzoek. Alphen aan den Rijn (Canaletto), 1995. [75 blz. ISBN -]. Hierin "De oudste kaarten" (Peutingerkaart of Tabula Peutingeriana): blz. 9

 1999

- Stuart, P. (commentaar), De Tabula Peutingeriana. In twee delen: Commentaar en De kaart. Deel in de serie 'Museumstukken', nr 2. Nijmegen (Vereniging van Vrienden van Museum Het Valkhof, Nijmegen), 19993e druk. [20 plus 32 blz. ISBN 90.71923.17.7 voor beide delen samen]. (Het betreft volledige uitgave, in zwart-wit, van het exemplaar van het Museum Het Valkhof, zijnde een exemplaar van de Antwerpse druk uit 1598. Deze is gebaseerd op een 12e- of begin 13e-eeuwse natekening van een laat-Romeins origineel. De uitgave van de kaart volgt quavermelding van de indeling de oorspronkelijke, met aanduiding van segmenten (in Romeinse cijfers) en stroken (in Arabische cijfers), gevolgd door b (= boven), m (= midden) of o (= onder). Voorbeeld: de vindplaats van Noviomagi is "I.4.b")

 2022

- Rozemeyer, Joep, Op zoek naar Romeinse wegen in Nederland en België. Hilversum (Verloren), 2022 [133 blz. ISBN 9789087049591]
De meeste studies gaan bij de interpretatie van de Peutinger kaart ervan uit dat de 'noordelijke Patavia-route' de limesroute is, van Nijmegen via Arnhem, Vechten en Utrecht naar de monding van de (oude) Rijn bij Katwijk. Rozemeyer geeft voor de 'noordelijke Patavia-route' een heel andere interpretatie. Hij legt de vinger op een aantal gevoelige plekken in de gebruikelijke theorie. Zo kloppen de op de Peutingerkaart aangegeven afstanden in Leuga (de door de Romeinen hier gebruikte Gallische mijl van 2500 meter) niet wanneer van de Limesroute wordt uitgegaan. Het eindpunt, Lugdunum, zou dan niet bij Katwijk liggen, maar ver in de Noordzee. Rozemeyer gaat wel van de vermelde afstanden uit en baseert daar zijn interpretatie op van een aantal van de getekende wegen. Als hypothese past hij voor de 'noordelijke Patavia-route' deze afstanden toe vanaf Nijmegen in een zuidwestelijke richting. Lugdunum wordt dan Gent. Bij de interpretatie van de vermelde plaatsnamen op die route betrekt hij alle archeologische gegevens. Voor veel, maar niet voor alle plaatsen, vindt hij ondersteuning, ook feitelijk in het veld.
Een ander voorbeeld van een opmerkelijke stelling: op de bekende, in Vechten gevonden Romeinse steen staat de vermelding 'FECTIONE'. Dat betreft volgens Rozemeyer niet de naam van de plek waar de steen lag, maar de naam van de plaats waar de schenkers vandaan kwamen.